Stempelen bij IJsclub Voorwaarts in Bergambacht

26 maart 2021 - Bergambacht, Nederland

We onthouden de mooie dingen nu eenmaal gemakkelijker dan de tegenvallers. Terugkijkend op de Negen Dorpentocht van 1997 lijkt het daarom alsof het één groot feest was. Momenten van lekker breeduit schaatsen met de handen op de rug. In een fijne balans en cadans. Tussen rietkragen door glijdend. Langs monumentale boerderijen en molens. Gezellige pauzes bij ijsclubs en koek-en-zopie-tentjes.

Mijn eerste Noren waren van een onbekend merk. Ik kocht ze notabene bij de fietsenmaker. Siep Lissenburg. In Oudewater. Om blaren te voorkomen deed ik speelkaarten achterin de schoenen zodat mijn hielen niet langs het harde leer zouden schuren. Maar dat gebeurde toch nog. Het tweede paar Noren was van het merk Viking. Gewone zwarte lage toerschaatsen zoals de meeste mensen die hebben. Op de ijzers staat een vrij stugge schoen met een nare stiknaad achterin. Die valt precies op de achillespees. Daardoor ontstaan er gemakkelijk blaren. Bij de EHBO-posten is het een van de meest voorkomende blessures.

Persoonlijk kan ik me van die tocht in ’97 geen kwetsuren herinneren. Ik reed inmiddels op luxere Vikingschaatsen die ik bij Ben de Bruin in Haastrecht kocht. Een specialist die goede voorlichting gaf. Het was de laatste editie schaatsen net voor de klapschaats uitkwam. De schoenen hebben een voorgevormd kuipje dat samen met het leer naar de voeten gaat staan. In die schaatsen draag je liever helemaal geen sokken. Je gaat er lekker met de blote voeten in. De runderleren schoenen blijven heel soepel en zacht en vormen zich om je voeten. Voor de beste pasvorm kies je ook nog een schaatsschoen die één maat kleiner is dan je gebruikelijke schoenmaat. De voeten worden één met de schaats. Dat maakt de kans op blaren nihil. En schaatst veel lekkerder.

Het is belangrijk dat je goed voor je uit blijft kijken tijdens het schaatsen, zodat je bijtijds kunt anticiperen op scheuren in het ijs. Je moet voorkomen dat je schaats in dezelfde richting als de scheur glijdt. Dan kun je vrij gemakkelijk over de meeste scheuren heen glijden. Maar op ijs waar honderden, misschien wel duizenden mensen overheen gegaan zijn, zie je de scheuren niet meer zo goed. Er komt dan wit ijsschaafsel op te liggen. En oude scheuren worden steeds dieper en breder.

Als je toch met de schaats in een scheur komt, kun je nogal eens herstellen en op de been blijven als je een geoefende schaatser bent. Maar als je een minder geoefende vermoeide rijder bent, ga je met vrij grote zekerheid onderuit. Als je durft te vallen is dat geen probleem. Je maakt je al klein in een reflex en beperkt daarmee de valkracht en -afstand. Je bent dan immers laag bij het ijs. Maar wanneer je wat ouder bent en vallen niet meer een dagelijkse ‘bezigheid’ is, wil je de val vooral proberen te voorkomen. Dat is ook een soort tweede natuur. En juist dát vergroot de kans op blessures.

De meeste mensen schaatsen alleen maar als het heel streng vriest. Bovendien heb je bij een week strenge vorst nauwelijks de tijd om je erop voor te bereiden. Je gaat direct het ijs op als je een lange tocht kunt gaan schaatsen. De vaardigheid verlies je niet maar de souplesse wel. Het kost even tijd om de spieren weer te laten wennen aan het staan op dunne ijzers.

Afgelopen februari klaagde mijn dochter over de blaren achterop haar hiel. En terecht, de wonden waren groot. En een EHBO-post was er niet. Halverwege overwoog ze zelfs te stoppen. Zoveel pijn had ze eraan. Maar aangezien de tweede helft een pauze bevatte en het aantal kilometers daarvan net zoveel bedroeg als de reeds afgelegde, besloot ze toch maar door te schaatsen.

Sinds 2012 had ik niet meer op de schaatsen gestaan. De onderbeenspieren waren heel lang niet meer zo belast als op die dag. Ze verzuurden enorm snel. De coördinatie nam dan af. En ik merkte dat ik niet vanzelfsprekend op mijn valtechniek durfde te vertrouwen. Want die had ik al jaren niet meer nodig gehad. En alle technieken moet je eigenlijk blijven onderhouden.

Ik raadde mijn dochter aan om even een korte pauze te nemen zodat de spieren konden ontspannen. En eerlijk gezegd kwam dat mij ook wel uit. Niet te lang blijven zitten is het devies. Anders koel je af en verstijven de spieren. Een korte tijd is al genoeg. Daarna kun je wel weer even vooruit.

Op de steiger aan de plas zat een man die mijn dochter hoorde klagen over de pijn in haar voeten. Ze vond het helemaal niet meevallen. De man moest erom lachen en zei dat hij zich herkende in haar verhaal. Hij had weliswaar goede schaatsen aan de voeten en zelfs gezorgd voor een moderne veilige helm op het hoofd. Maar hij zei: “schaatsen moet leuk zijn, maar ik vind het eigenlijk helemaal niks, ik heb het bijna dertig jaar niet meer gedaan en het valt mij vies tegen.”

Ik heb geen idee meer over welke vlieten, vaarten en slootjes ik richting Bergambacht ging in 1997. Dat de wind stevig van voren kwam herinner ik me juist wel weer heel erg goed. Dat de voldoening groot was toen ik de stempelpost van Bergambacht bereikte, ben ik ook vergeten. Volgens de filmbeelden kwamen we uit op de ijsbaan bij het clubgebouwtje van ‘IJsclub Voorwaarts’. Ik kan me er helemaal niets van herinneren.

Tijdens de 9 Dorpen Fietstoertocht moesten we stempelen bij het gebouwtje van de Jeu de Boules vereniging vlakbij watertoren en voetbalvelden. Het clubgebouwtje van ‘Voorwaarts’ lag misschien te ver buiten het dorp. Het ligt namelijk langs de N207 en is via het fietspad ernaast te bereiken. Alleen is het bruggetje ernaartoe vrij smal. Hadden ze het daarom uit het traject gehaald? Ach men zal zijn afwegingen wel zorgvuldig gemaakt hebben. Maar juist het bezoeken van de ijsclubs maakt de fietstocht nou extra leuk. Dat zijn de gezellige ontmoetingsplekken.

Afgelopen winter werd ik als secretaris van de Haastrechtse IJsclub gemaild door een onbekende man. Hij vroeg mij of ik hem de route van de Negen Dorpentocht zou kunnen mailen. Hij wilde de tocht dolgraag nog eens gaan rijden. Samen met enkele vrienden. Ik kon hem de route niet mailen omdat ik daar tot mijn spijt niet over beschik. Ze bestaat namelijk uit de samenvoeging van verschillende schaatsroutes in de Krimpenerwaard. Die routes liggen niet helemaal vast maar hangen ook af van ijskwaliteit en plaatselijke omstandigheden. Soms worden sloten tussentijds gedempt, zijn er dammen gemaakt of liggen er te grote windwakken in. De ijsclubs werken samen en zetten ieder het eigen deel van het traject uit. Zij kennen dat gebied als hun broekzak.

Het wordt tijd dat de Negen Dorpentocht opnieuw gereden kan worden. Dan leg ik ‘m digitaal vast en kunnen we nieuwe herinneringen maken. Dan let ik wel extra goed op tussen Berkenwoude en Bergambacht. Want op de film zie ik dat het langs veel mooie plekken gaat. Maar voordat het zover is, zal ik mijn schaatsvaardigheid en souplesse wel moeten blijven onderhouden. Op de kunstijsbaan of op skeelers. Want anders ontgaat mij weer een belangrijk deel van de tocht. Door de pijn in ongeoefende benen.

Foto’s