Schaatsdorp Haastrecht leeft op (aflevering 1 van "De Negen Dorpentocht")

11 maart 2021 - Haastrecht, Nederland

Wat een vrolijkheid deze vrijdagochtend 12 februari 2021. Ik zie alleen maar de blije mensen vandaag. Waar ik ook kijk. De zon schijnt heel uitbundig. De lucht toont het allermooiste blauw dat er bestaat. De grauwe polder ligt al vijf dagen onder een prachtig sneeuwdeken verstopt. En het vriest opwekkend tintelend. Er ligt een centimeters dikke laag ijs op de Vlist. Het is nu echt winter. We snakten ernaar.

Net voorbij Schoonhoven, nog voor de Bonrepasmolen, open ik het raampje van de auto. Mijn arm ligt op de deur terwijl ik mijn rood gemutste hoofd naar buiten steek. Ik wenk naar mensen die aan het schaatsen zijn. Ze houden in en kijken mij vrolijk vragend aan. Ik vraag hen hoe de kwaliteit van het ijs is. Of ze ook al richting Haastrecht zijn gegaan? Of het te doen is op het riviertje? Ze vertellen me dat er erg veel scheuren in het ijs zitten. Dat sommige stukken vooral uit bevroren sneeuw bestaan. En dat er gevaarlijk grote wakken zijn. Geen superijs dus. Maar ze stellen geen eisen. Ze zijn vooral blij dat het er weer eens is. Natuurijs. Hun gezichten stralen als ze het vertellen.

Op de weg hiernaartoe zag ik al plukjes mensen. Geen grote aantallen natuurlijk. Want dat is onder de huidige omstandigheden niet toegestaan. Bij enkele grote wakken hielden zich eenden, zwanen, waterhoentjes en meerkoeten op als waren het badgasten bij een zonnige zwemplas waar geen corona heerst.

Facebookpagina Haastrechtse IJsclub, donderdag 4 februari: “Tot onze spijt moeten wij jullie meedelen dat het niet mogelijk is om de Jan Faaij Landijsbaan in te gaan richten deze winter vanwege de bouwwerkzaamheden op het terrein van zwembad De Loete.”

Facebookpagina Haastrechtse IJsclub, zondag 8 februari: “Met de huidige lockdown maatregelen is het organiseren van toertochten t/m 2 maart 2021 helaas niet mogelijk. Toertochten vallen onder vergunningsplichtige evenementen en die zijn niet toegestaan. Wij krijgen dus geen vergunning om de Twee Provinciëntocht te organiseren.”

Facebookpagina Haastrechtse IJsclub, woensdag 10 februari: “De Haastrechtse IJsclub deelt met grote spijt mede dat er geen ijsbaan op de Voorboezem voor haar clubhuis aangelegd gaat worden. Onze ijsbaan is een open baan waarop mensen van alle kanten kunnen opstappen. Dit maakt het voor ons onmogelijk om de coronavoorschriften te kunnen naleven. Wij kunnen het afstand houden niet waarborgen en onmogelijk een maximaal aantal mensen toelaten op het ijs. Wij hebben geen afrastering en toegangshek. Natuurlijk staat het eenieder wel vrij om op de Voorboezem te gaan schaatsen. Het is je eigen verantwoordelijkheid om voldoende afstand te houden en niet in grote groepen bijeen te komen. Sporten in de buitenlucht is toegestaan. Mensen van 18 jaar en ouder mogen in hun eentje schaatsen of hooguit met z’n tweeën, maar dan wel op 1,5 meter afstand. Jongeren tot en met 17 mogen wel in grotere groepjes schaatsen.”

Ik rijd de Bonrepas uit en zie hoe mensen zich verzamelen bij een tafel die op de oever bij Café de Vlist is neergezet. Daar worden warme dranken en versnaperingen verkocht. Luxer en professioneler dan het gebruikelijke ‘koek en zopie’ maar het wordt wel als zodanig gewaardeerd. Mensen proberen anderhalve meter afstand te bewaren tot elkaar door zich in een nette rij op te stellen en het gekochte verspreid over ijs en oever te consumeren. Er staat een laagje water op het reeds beschadigde ijs. Maar dat hindert niet. Dit is vooral ontzettend gezellig en zorgeloos leuk. Iedereen snakt daarnaar. De beperkingen vanwege het coronavirus drukken zwaar op ons. Deze winterweek biedt een geweldige adempauze. Het doorbreekt de grote sleur van onmogelijkheden.

Via de Oost Vlisterdijk ga ik naar de boerderij van Van Diemen. Ik zet de auto in de besneeuwde berm en loop het erf op. Het grind knispert nauwelijks onder mijn oude werkschoenen als ik langs de schuur van IJsclub de Vlist ga. Er ligt sneeuw op. In de schuur is niemand aanwezig. De deur is op slot. Achter het boenhok zie ik mensen schaatsend passeren. Wat een prachtig gezicht is dat toch.

Ik zoek naar de bel naast de deur. Maar deze ontbreekt. Als ik me omdraai om naar de andere kant van de boerderij te gaan hoor ik opeens stemmen achter mij. In de taal van mijn streek. Mooi zo. Ik had al gedacht dat mijn aanwezigheid op het erf de bewoners zou alarmeren. Man en vrouw steken hun hoofd om de deurpost. Ze staan op dikke wollen kousenvoeten. Zo hoort dat hier. Prachtig.

IJsclub de Vlist gaat helemaal niets organiseren. Dat is niet toegestaan. Er wordt ook geen kraam voor ‘koek en zopie’ ingericht. Ze willen de plaatselijke horeca bovendien de kans geven om eventueel wat bij te verdienen. Een mooie geste. Ik zeg dat ik het meeneem naar ons overleg van vanmiddag. Vanmorgen vroeg hebben we al per Whatsapp afgesproken om aan het eind van de middag met het bestuur bijeen te komen. We willen bekijken wat er mogelijk is.

Via de Vrouwenbrug en de West Vlisterdijk rijd ik ons dorp weer in. Er zijn heel veel mensen aan het wandelen. Vandaag vind ik het een vrolijk beeld. Er zijn ook dagen dat ik geen wandelende mensen meer wil zien. Hoewel ik zelf vaak een van hen ben dezer maanden. Ze zullen dat dus ook wel van mij vinden.

Ik sla linksaf de wijk Agterpoort in. Alle straten zijn hier volledig ondergesneeuwd. Ook hier een zeer winterse sfeer. Ik parkeer de auto met enige moeite op het Concordiaplein en glibber naar de ingang van Grand Café Concordia. Even kijken of Rob van Zuijlen aanwezig is. Er wordt gezegd dat hij plannen heeft om een ‘koek en zopie’ aan de vogelplas bij de Boezemmolen in te gaan richten. Wij willen hem natuurlijk niet voor de voeten lopen. De deur is op slot. Hij is er niet.

Tussen de huisartsenpraktijken en het statige Concordiagebouw door steek ik de Bredeweg over. Langs de St. Barnabaskerk loop ik het fietspad op dat langs ons clubgebouw loopt. Net voor de brug ga ik het stenen trapje af. Voorzichtig. Mannen van de volkstuinvereniging hebben een deel van het pad sneeuwvrij gemaakt. Ik zie dat er gewerkt wordt op het ijs van de Voorboezem. Vlak langs het gebouwtje af loop ik ernaartoe. Drie bestuursleden zijn druk bezig om de baan sneeuwvrij te maken. Ze krijgen hulp van twee jonge meiden. Er komt prachtig zwart ijs onder tevoorschijn. Zo glad als een spiegel en helder als glas. Wat een geweldig ijs.

Ik realiseer me dat ik negen jaar geleden voor het laatst op dit water heb kunnen lopen. Ik ging toen schaatsen met mijn zoons. Ik ben zo opgetogen als een kind dat het eindelijk weer eens mogelijk is om hier te zijn. Vanaf het ijs ziet de vertrouwde omgeving er weer heel anders uit. En zeker in dit prachtige witte winterlandschap. Ik hoor de houten schuivers over het ijs gaan. Ik hoor schaatsijzers krassen. Het geluid van een scheur die in het ijs voor ons uit schiet. Wat een prachtige geluiden. Ik heb ze gemist. Ze maken mij en de anderen heel blij.

De bestuursleden zijn lid van de activiteitencommissie en konden het niet laten om alvast sneeuw van de baan te gaan schuiven. Degenen die zich hier op het ijs begeven, hebben dan in ieder geval prachtig ijs om overheen te glijden. De ijsdikte is gemeten en bedraagt 7 centimeter. Het is ontzettend moeilijk om tegen je enthousiasme in te moeten afwegen wat er mogelijk is om te gaan doen. We mogen niets organiseren maar er mag wel een tentje met ‘koek en zopie’ ingericht worden voor het clubgebouw. Natuurlijk zouden wij dat dolgraag willen. Ons hart klopt sneller.

We hebben vanzelfsprekend al een klein vooroverleg tijdens het schuiven. Zo gaat dat nu eenmaal. De emoties lopen nu al hoog op. Ik voel me verplicht om het enthousiasme wat te moeten temperen als lid van het dagelijks bestuur. We mogen gewoon maar heel weinig, kunnen niets organiseren en onmogelijk verantwoordelijk zijn voor de ontvangst van grote groepen mensen die zich aan strikte coronaregels moeten gaan houden.

Dat belooft wat voor vanmiddag. Ik geniet van mijn enthousiaste collega-bestuurders en zou hier het liefst de hele Voorboezem schoonvegen met elkaar. Maar ik heb afgesproken met mijn zoon en zijn vriendin die een huis hebben gekocht op ons dorp. Ik ga wat eenvoudig stucwerk doen en de vloer leggen in slaapkamers en halletje. Ook een leuke klus. Het zorgt ervoor dat de schaatskoorts nog niet te hoog kan oplopen bij mij.

Kwart voor vijf doe ik de kniestukken af en kijk ik tevreden naar het geleverde werk. Door het raam zie ik veel mensen wandelen in de sneeuw. Kinderen maken een grote sneeuwpop en weer anderen gooien sneeuwballen. Honden lopen elkaar blaffend achterna in de Overtuin. Zoals het Haastrechtse Bos weer is gaan heten. Wat een vrolijke boel. Het maakt me blij.

Nu is de deur van het clubgebouw wel open. Er wordt koffie geschonken en vrolijk gepraat. Een klein deel van het bestuur is aanwezig. Op veilige anderhalve meter afstand van elkaar. Het mag de pret niet drukken. We vinden het geweldig om weer even hier te kunnen zijn met elkaar. Wat mis je dat soort momenten toch ontzettend.

De gemoederen lopen opnieuw hoog op. Er blijkt maar uit hoezeer deze club haar taken met ziel en zaligheid opvat en uitvoert. We willen zo ontzettend graag maar mogen eigenlijk niets doen. Een bestuurslid is zo teleurgesteld dat het gebouw boos verlaten wordt. Verantwoordelijken pakken hun verantwoordelijkheid en zorgen dat er een helder besluit genomen wordt.

Wanneer er morgenochtend een ijsaangroei van 3 centimeter gerealiseerd is, kunnen er veilig veel mensen tegelijkertijd op het ijs zijn. Zo zijn onze regels. Dan gaan we een eenvoudig ‘koek en zopie tentje’ inrichten op de oever. De Vlist wordt dan afgezet met rood-wit lint want het ijs richting zwembad is niet betrouwbaar. En wij mogen niet uitstralen dat er op dat traject veilig geschaatst kan worden. Twee van ons rijden dan naar de Sligro voor chocolademelk, koffie, pakjes limonade, gevulde koeken en dergelijke. Zodra de toeloop te groot wordt en wij zien dat de veilige afstand niet in acht wordt genomen, sluiten we ons tentje.

Zaterdagochtend 13 februari is het opnieuw een prachtige zonovergoten vorstdag. Om 09:00 uur kom ik aan bij de Voorboezem. Met mijn fiets glibber ik over het ijs. Hanny heeft de ijsdikte al gemeten. We komen slechts één centimeter tekort.

Desondanks kijken we tevreden terug op onze snelle bijeenkomst en het heldere besluit waarin we ons uiteindelijk allemaal konden vinden.

Facebookpagina en website van de Haastrechtse IJsclub, zaterdag 13 februari: “Aan enthousiasme ontbrak het ons niet. We hebben vanmorgen nog een ijsmeting gedaan. Maar de ijsdikte is niet voldoende om verantwoord met koek en zopie langs de baan te gaan staan.”

We wensen ieder een prachtig Hollands winterweekeinde toe. Weest voorzichtig en houdt anderhalve meter afstand. Help corona de wereld uit.

Dan kunnen we de volgende winter wel weer voluit genieten van dit prachtige schaatsfeest.”

Er schaatst een gemiddelde-Nederlander-man die is opgegroeid met schaatsen over de Voorboezem terwijl wij kijken naar het prachtig zwarte ijs dat niet gebruikt gaat worden voor onze activiteiten. Ik vraag hem nog een keer langs te schaatsen omdat het geluid van krassende schaatsen en krakend ijs zo mooi klinkt en ons ontzettend doet verlangen naar een winter zonder corona. Dit wil ik vastleggen in een filmpje.

Op http://www.facebook.com/HaastrechtseIJsclub staat boven het filmpje te lezen: “In februari 2021 mogen de ijsclubs toekijken vanwege corona, het wordt daardoor een ingetogen schaatsfeest. Zonder opsmuk. Laten we hopen dat we de volgende keer weer allemaal voluit kunnen genieten van die prachtige Twee Provinciëntocht door onze polders.”

Foto’s